We worden wakker in Namsos in ons hutje op de camping. Het is een vierpersoons hut met twee stapelbedden. De bedden staan elk in een hoek, met daartussen een eettafel en onze geïmproviseerde waslijn. We staan rustig op en genieten op ons gemak van ons ontbijt, terwijl er nog een regenbui over de hut trekt. Sinds deze rustdag staan we anders op, het onvoorspelbare weer is een gegeven en elke dag een bepaald aantal kilometers halen is een illusie. Natuurlijk komen we dagelijks kilometers vretende fietsers tegen, maar onze focus ligt elders. We zijn op reis om te onthaasten, proberen te leven met minder en te genieten van de onvoorspelbaarheid. Een rustdag zoals deze hoort erbij, het brengt de focus terug en er is tijd voor reflectie.
We leren onze lessen
We vertrekken die dag rond elf uur en moeten nog boodschappen doen. Het is aan de late kant en Matthijs heeft daar normaliter moeite mee, maar sinds deze rustdag is dat anders. Het weerbericht is slecht, maar ook dat laten we voor wat het is. Deze ongedwongenheid herinnert Matthijs aan een les die hij leerde tijdens zijn bungeejump in Nieuw-Zeeland. Toen hij met zijn tenen over de afgrond bungelde en gefocust naar beneden keek, tikte de instructeur op zijn hand die erg gespannen om de leuning geklemd zat. “Let it go mate, you can’t jump like that”. Om te kunnen vliegen moet je de vaste wereld loslaten.
Op onze fietsdag na Namsos volgt het voorbeeld in de praktijk. Aan het eind van de dag wil Matthijs de tent opzetten op een berg met rotsachtige grond. Uiteindelijk doen we dit niet, omdat ‘s nachts de wind opzet. Op een berg zonder beschutting, met haringen die niet stevig kunnen worden ingeslagen, is de kans op een slapeloze nacht te groot. We besluiten door te fietsen, Matthijs baalt, maar nog geen uur later vinden we één van de beste kampeerplekken tot nu toe. Het is een plek langs de rivier met een shelter, een vuurplaats en een schaaltje vol met Toblerone chocolade, aangeboden door de lokale bewoners. Om te kunnen vliegen moet je loslaten.
Stilte na de storm
De volgende ochtend fietsen we naar de veerpont, maar we blijken hem net gemist te hebben. Op de kade zit een cafeetje en we besluiten koffie te drinken. Eenmaal binnen zien we heerlijk gebak liggen, dus de keuze is snel gemaakt. Na een praatje met de eigenaar installeren we onszelf inclusief koffie en gebak op het terras aan de waterkant. Het weer is rustig en de zee weerspiegelt de bergen en de lucht. Noorwegen is zo bijzonder, aan de kust is het zo stil van tijd tot tijd, we luisteren naar het ritselen van de bomen en het water dat naast ons op en neer kabbelt tegen de steiger. Wanneer de vertrektijd van de veerpont nadert, komen er wat Noren in het cafeetje zitten. We raken aan de praat en ze vertellen ons dat het weer in deze regio aan het omslaan is, het zou weleens minder nat en koud kunnen worden.
Na een prachtige tocht met de veerpont bereiken we de andere oever. Hier ontmoeten we een Duitse fietser die in tegengestelde richting fietst. We kletsen over zijn route en vragen hem naar hoe het weer was onderweg. Hij geeft aan dat hij het de afgelopen weken heel zwaar vond vanwege het slechte weer, het gesprek is een opluchting voor ons drieën. In elkaar vinden we geruststelling dat het inderdaad niet meeviel. Zodra we na het gesprek lunchen, breekt de zon door. Die avond vinden we een kampeerplek langs het water. We maken een kampvuur, wassen ons in het meertje, knippen ons haar en praten tot laat. Wát een reis.
Op naar Helgeland
We fietsen door naar Helgeland. Het is één van hoogtepunten van onze reis. Helgeland is een gebied vol kleine eilanden. Het stond eigenlijk niet op onze radar, totdat de fietsenmaker in Bergen ons erover vertelde. Met het omslaan van het weer komen we aan in dit voor ons nieuwe gebied. Deze regio heeft dan ook een heel ander kleurenpallet dan de maanden hiervoor. De fjorden en het binnenland barstten van het donkergroen, donkerbruin, zwartblauw water en witte bergtoppen. Mysterieus en sprookjesachtig. Deze kustregio heeft witte stranden, ondiep turquoise water, groenbeige begroeiing en grillige bergtoppen die plots uit de zee rijzen.
We beginnen ons bezoek aan Helgeland met een kijkje bij Torghatten. Een berg op een eiland met een gat in het midden. Het gat is door de druk van gletsjers ontstaan toen Noorwegen nog bedekt lag onder een dik pak ijs in de ijstijd. De gedachte aan deze prehistorie is onvoorstelbaar.
Fietsen op Vega
Na een kort bezoek aan het plaatsje Brønnøysund nemen we de veerpont naar Vega: het eerste eiland dat we bezoeken in deze archipel, of “Øyan” zoals de Noren het noemen. Het eiland Vega is prachtig, er zijn nauwelijks auto’s en we vinden een kampeerplaats met uitzicht op het eiland Smøla, terwijl de zon schijnt en bijna alle wolken zijn verdreven. Het voelt alsof we op vakantie zijn en de invloed van het weer op onze gemoedstoestand is een verschil van dag en nacht met de weken ervoor.
De tweede dag beklimmen we de 2000 traptreden van de Vegatrappa en bezoeken we het UNESCO heritage center, een museum over de unieke wijze waarop lokale bewoners in harmonie leven met de eidereenden. Sinds de zeventiende eeuw zijn er mensen die hier eiderdons verzamelen. Op de ruim zesduizend eilandjes rond Vega bouwen de vrouwen al generaties lang kleine hutjes voor de eenden om ze te beschermen tegen roofdieren. Wanneer de eenden uitvliegen, ‘oogsten’ de bewoners hun dons uit het nest. Het is de warmste dons ter wereld en de dons wordt al eeuwen verhandeld. Samen met de stokvis uit de Lofoten is deze dons een waardevol product, waarvan veel Noren vroeger leefden.
Slapen bij een Noors gezin
We stappen op de veerpont en verlaten Vega. Op naar ons volgende eiland, Sandnessjøen. Hier nemen we een rustdag bij een CouchSurfing gastgezin. We worden warm onthaald door Kenneth en Astrid en het is heel bijzonder om plots onderdeel te zijn van een authentiek Noors gezinnetje midden in Helgeland. We worden ontvangen met een heerlijke maaltijd en kletsen over hoe het is om hier te leven. Het is een groot houten huis met een heel mooi interieur: modern, maar vol met vintage Scandinavisch meubilair. De woning doet Amerikaans aan en sommige Noorse gewoontes lijken voor ons overgewaaid naar Noorwegen, of andersom (redelijk wat Amerikanen stammen namelijk af van de Noren). We zijn gedoucht, hebben een volle maag en een eigen bed: het is fijn om weer van deze luxe te genieten.
We voelen ons thuis bij Astrid en Kenneth. We eten Kjøttkaker (een traditioneel Noors gerecht), gaan op zoek naar elanden (tot nu toe heeft alleen Yvette een eland gezien), eten zelfgemaakt ijs, Norwegian waffles, en genieten samen van een kop koffie terwijl het buiten weer stortregent. Kenneth en Astrid zijn een bijzonder warm en liefdevol stel. Hun zoontje Leonard heeft een zeldzame vorm van epilepsie, waardoor ze beiden fulltime thuis zijn om voor hem te zorgen. We krijgen mee hoe intensief de zorg voor hun zoontje is en hebben enorm veel respect voor hoe ze dit samen doen. Daarnaast halen ze alles uit de kast om ons verblijf zo leuk en fijn mogelijk te maken. Zo verblijven we een volledige dag middenin de hectiek van een Noors gezin. We vinden het bijzonder om dit mee te mogen maken en proberen hen waar mogelijk te helpen. Ontmoetingen als deze zijn ons veel waard, zonder CouchSurfing of WarmShowers spenderen we voornamelijk tijd in het bos of op de camping zonder de Noren echt te leren kennen.